Zondag, 9 februari 2020. Zojuist is code oranje afgegeven. Het stormt buiten. En niet zo zuinig ook. Ik liep net in het bos. Was waarschijnlijk niet verstandig met windkracht 8 en windstoten tot 120 km per uur. Ik kon mij maar moeilijk staande houden. De takken vlogen mij om de oren. Ik was blij dat ik weer binnen was. Veilig. Laat die storm maar buiten haar woede botvieren.

Hoe vaak zitten, lopen of liggen we niet te piekeren. Over van allerlei en nog wat. Vaak – achteraf – volstrekt nutteloze zaken: de buurvrouw die mij niet groette, mijn man die niet heeft gemerkt dat ik naar de kapper ben geweest, mijn allerbeste vriendin die niet binnen een halve minuut terug appt, mijn toch wel briljante voorstelling die nog niet in minimaal 450 theaters in Nederland te zien is. Nou ja, en ga zo maar door. Als we al die gedachten binnenin ons brein zouden kunnen bekijken dan zouden we dat ‘mentale nagelbijten’ zien in de vorm van electro-magnetische stormen in ons brein. Meer niet. Als we ons hier nou eens bewust van zouden zijn? Dan zouden we die stormen toch net zo min in ons ‘huis’ (lees: lichaam) toelaten dan Ciara, zoals de storm van vandaag wordt genoemd?

Ik word altijd heel onrustig als er een storm op komst is danwel al druk doende is met stormen. Ik word ook altijd heel onrustig als er van die heftige electro-magnetische stormen woeden in mijn brein. Op Ciara en haar familieleden heb ik geen invloed. Op de stormen in mijn brein wel.